Het initiatief om een kerstboom uit Noorwegen te laten komen is afkomstig van Ruth Buskop-Hjelnis, vicevoorzitter van de Noorse Vereniging Rotterdam. Het is 1951 en Rotterdam was leeg, kaal en troosteloos. Op 19 december 1951 komt de spar in de IJsselhaven aan met de Noorse ss ‘Baden’. Vandaar wordt hij per trailer naar de Coolsingel vervoerd en door de toenmalige burgemeester P.J. Oud in aanwezigheid van duizenden Rotterdammers in ontvangst genomen.
Het
Noorse kerstboom voor het stadhuis in 1990 en in 1956.
Soms waren er speciale jaren met bijzondere bijeenkomsten. 1993 en 2000 waren zulke jaren. In 1993 ontving de scheidende Noorse ambassadeur in Nederland, B. Blakstad, de Wolfert van Borselenpenning tijdens het diner in het stadhuis, waarbij de kerstboom werd overgedragen. Het jaar 2000 was bijzonder omdat toen de boom voor de vijftigste keer werd overhandigd. Om het jubileum luister bij te zetten was de Noorse prinses Märtha Louise, dochter van koning Harald en koningin Sonja van Noorwegen, speciaal uitgenodigd de boom over te dragen. Het optreden van het jongenskoor Sølvguttene en het Rotterdams jongenskoor completeerden het geheel. Voorafgaand was burgemeester mr. I. Opstelten met echtgenote naar Oslo afgereisd om de boom uit te zoeken. In de stromende regen mocht mevrouw Opstelten samen met burgemeester Ditlev Simonsen de boom omzagen.
Niet altijd verliep alles vlekkeloos. Ergens in de jaren vijftig brak de boom tijdens het transport in tweeën. Hij werd toen ter plekke aan elkaar gespijkerd en niemand die er iets van zag. En in 1997 protesteerden de Centrumdemocraten. Zij wilden afschaffing van de boom uit protest tegen het doodknuppelen van zeehondjes door Noorwegen.
In 2014 is het gedaan met de traditionele Noorse kerstboom bij het stadhuis. De Noorse burgemeester laat Aboutaleb per brief weten het sturen van de Noorse spar duur, omslachtig en milieuonvriendelijk te vinden.