Het archief van Jan Henderik

Het is alweer even geleden dat fotograaf Vincent Mentzel stadsarchivaris Jantje Steenhuis tipte over het omvangrijke en indrukwekkende oeuvre van de Rotterdamse fotograaf Jan Henderik. Of het stadsarchief er misschien interesse in had, was zijn vraag. Wanda Waanders werkt bij het stadsarchief en houdt zich bezig met de acquisities; het verwerven van nieuw materiaal voor het archief. Zij is na zijn tip gelijk gaan kijken. Een kijkje achter de schermen. 

Jan Henderik (1935-2018) was een fotograaf die woonde en werkte in Rotterdam en de meest uiteenlopende reportages maakte: van het dagelijks leven in de stad, modefotografie voor magazines als Avenue tot reisreportages en reclamefotografie voor bedrijven. Vooral voor de Rotterdamse fabrikant Unilever maakte hij veel reclamefoto's. Het oeuvre biedt een gevarieerd tijdsbeeld vanaf begin jaren ‘60 tot 2000. Maar het is ook een archief dat verder reikt dan Rotterdam.

Jan Henderik overleed in 2018 en na het overlijden van zijn weduwe in 2020 vond de dochter van de fotograaf, Marleen Deiters-Henderik, het belangrijk een plek te vinden waar het archief van haar vader veilig opgeslagen kon worden. Zij kon het niet over haar hart verkrijgen als het veelomvattende werk verloren zou gaan en klopte aan bij Vincent Mentzel. Misschien had hij een oplossing. Het balletje is toen gaan rollen. Het archief van Jan Henderik is uiteindelijk na intern beraad en besluit van de stadsarchivaris naar het stadsarchief overgebracht.

Wanda: ‘Het was midden in coronatijd en met een mondkapje en op anderhalf meter afstand trof ik in de woning van de familie iets heel bijzonders aan. Een kamer vol met dozen, ordners en ladekasten gevuld met afdrukken, dia’s, negatieven, contactvellen en films: een oeuvre van veertig jaar lang fotograferen. Bij het zien van de eerste foto’s en zeker ook de verhalen die dochter Marleen Deiters-Henderik erbij vertelde, was ik meteen onder de indruk. Ik wist dat hier meer in zat en voor Rotterdam bewaard zou moeten blijven. Toen de familie 35 dozen vol naar het stadsarchief bracht, ben ik eerst door alle afdrukken gegaan en ik raakte steeds meer enthousiast. Ik zag heel verrassende en gevarieerde beelden; van studiofoto’s voor het Rotterdamse reclamebureau Lintas van Unilever tot aan opnamen van het leven op straat, in Rotterdam en daarbuiten. Meestal met mensen in de hoofdrol. Prachtige zwartwit afdrukken uit de doka en zorgvuldig ontworpen affiches. Ik raakte nieuwsgierig naar deze avontuurlijke kunstenaar en bekwame fotograaf. Ik kon niet wachten om in zijn archief en in zijn wereld te duiken.’ 

Wat komt er allemaal bij kijken? 
Er gaat heel wat aan vooraf als je zo’n omvangrijke (foto)collectie wilt opnemen in een archief. Allereerst het screenen. Al het materiaal dat bij het stadsarchief binnenkomt, wordt bewaard in een tijdelijke ruimte, de quarantaine. Daar wordt alles gescreend voordat het definitief wordt opgenomen. Jeske Martens en Arjen Bos werken bij het team Preserveren, Conserveren en Restaureren (PCR). Zij hebben samen al het materiaal gescreend. 

 image

Op de foto v.l.n.r.: Arjen Bos en Jeske Martens

Screenen
Jeske: ‘Het was specifiek mijn taak om de films en glasnegatieven te screenen die bij de aanwinst horen. Voor films is het belangrijk om te bepalen om welk materiaal het gaat. Celluloseacetaat* vervalt sneller dan polyester en kan al zuur zijn bij binnenkomst. Als een film zuur is, is het belangrijk dat hij zo snel mogelijk gedigitaliseerd wordt en verplaatst wordt naar het koel depot. Als de films koud liggen opgeslagen verzuren de films minder snel. Helaas is het verval van films niet iets wat we tegen kunnen gaan, we kunnen het alleen vertragen. We screenen alle aanwinsten die binnenkomen op biologische schade (insecten en schimmel). We letten er daarbij op dat er geen insecten in zitten, zoals papiervisjes. Een andere biologische schade is actieve schimmel. Als stukken besmet zijn met actieve schimmel moeten ze behandeld worden voor ze in een andere ruimte mogen liggen dan de quarantaine.’

* Celluloseacetaat: Cellulose-acetaat wordt onder andere gebruikt als filmbasis in fotografie.

 

Foto links: reageerbuisjes met monsters op kweek

Foto rechts: een broedstoof* 

Schimmels 
Het screenen kostte veel tijd. In eerste instantie leek het materiaal onaangetast, maar nadat Jeske en Arjen enkele zwarte puntjes ontdekten, zijn er direct monsters genomen en op kweek gezet. Twee weken lang lagen in een broedstoof in het restauratieatelier reageerbuisjes met monsters op kweek. Schimmels kunnen daarin versneld groeien en aan de hand van de kleuren die ontstaan - groen, geel of paars- kan bepaald worden of de schimmels actief zijn. 

Jeske: ‘Een deel van de stukken was besmet met actieve schimmel. Deze stukken moesten gereinigd worden, zodat de schimmel niet verspreid kan worden in het gebouw en in onze depots.’

* Broedstoof: Een broedstoof is een kast met goed-geïsoleerde wanden waarin een ingestelde temperatuur nauwkeurig wordt gehandhaafd door middel van een thermostaat. Zij wordt gebruikt voor het kweken van bacteriën en van weefsels van planten en dieren.

 image

Op de foto: Theo van Pelt

Inventariseren en nummeren 
Zodra het archief ‘veilig’ was verklaard is al het fotomateriaal geïnventariseerd en genummerd. Een aantal collega’s van het team Archieven & Collecties ging hiermee aan de slag, waaronder Theo van Pelt en Charlie Borst. Theo, die zich onder andere bezighoudt met het ontsluiten van foto’s van moderne fotografen, vertelt: ‘We hebben eerst een overzicht van de onderwerpen en locaties gemaakt die Henderik fotografeerde. Daarnaast hebben we in kaart gebracht op welke dragers het materiaal binnenkwam, film, dia of print. Tot slot hebben we geprobeerd te kijken wat er allemaal komt kijken bij verdere verwerking van zo’n grote collectie.’

Uitzoekwerk
Het was een flinke klus. In het begin was het vooral zoeken naar een systeem dat de fotograaf heeft gehanteerd bij het archiveren. Theo: ‘Henderik was heel precies in het vastleggen van de technieken en materialen die hij had gebruikt. Hij maakte contactvellen (waarbij je het beeld ‘positief’ ziet) van negatieven maar het was lang niet altijd duidelijk hoe hij daarnaar verwees, zodat we veel hebben moeten beoordelen in negatief. Ik vond leuk om hieraan mee te werken, vooral omdat het voor mij allemaal heel herkenbaar was. Ik heb zelf lang als fotograaf gewerkt en herkende de manier van fotograferen, archiveren, de materialen en werkwijze die Henderik gebruikte.’ 

Als je dan al die foto’s voorbij ziet komen, heb je vast een favoriet. Theo: ‘Vooral de sociale fotografie spreekt mij het meest aan. Mijn favoriet is de serie van bewoners uit 1974 in Spangen, Crooswijk en op Zuid, waaronder ook die van het Justus van Effencomplex. Je ziet grote en kleine gezinnen, echtparen en mensen die alleen wonen, in hun woning. Leuk om al die verschillende mensen te zien en hoe zij hun woning hebben ingericht. In tegenstelling tot de reclamefoto’s pure en ongepolijste fotografie.’

Boek en expositie
Wanda liet een keer wat foto’s zien aan schrijver en columnist Hugo Borst en hij vond ze ook erg goed. Wanda: ‘Ik bracht Hugo in contact met dochter Marleen en daar is van alles uit voort gekomen. Droom & Daad en Uitgeverij Hannibal geven nu een boek uit over het leven en werk van Jan Henderik en van 8 februari tot en met 26 maart 2023 is er een expositie van zijn werk te zien in de kunstgalerie van Hugo Borst, Galerie Weisbard in Rotterdam. Dit fotoarchief reikt dus inmiddels veel verder dan alleen het stadsarchief. Ook de familie Henderik heeft intensief meegewerkt aan het selecteren en beschrijven van de beelden. Stephan, de schoonzoon van Jan Henderik, werkt ook bij een archiefinstelling dus zijn hulp was heel waardevol.  

Op de foto links, v.l.n.r.: Vincent Mentzel, Hugo Borst, Marleen Deiters-Henderik en Stephan Deiters

Op de foto rechts: Marleen Henderik en Vincent Mentzel 

Beelden bekijken
Marleen Deiters-Henderik en Vincent Mentzel bekijken in het stadsarchief de afdrukken.  Voor Vincent was de tien jaar oudere Henderik een voorbeeld en inspiratiebron. ‘Als beginnend fotograaf van net in de 20 was ik flink onder de indruk van deze man en zijn werk. En dat is altijd zo gebleven. Wat maakte hij weergaloos mooie portretten en wat bleef hij aardig. Bescheiden tussen andere grote namen. Juist door die bescheidenheid is de naam Jan Henderik redelijk onbekend gebleven. Hij zocht niet de publiciteit op, het ging om de beelden niet om hemzelf.’

 image

Op de foto: Vrijwilligster Arietta Kaashoek

Vrijwilligers
Een aantal vrijwilligers heeft geholpen met het zoeken van de negatieven van de beelden voor het boek. Vrijwilligster Arietta Kaashoek heeft veel boven water gehaald met het uitzoeken van de dia’s en negatieven en dia’s. ‘Al enkele jaren werk ik als vrijwilliger bij het stadsarchief. Daar inventariseer ik vooral film- en fotocollecties. De laatste tijd heb ik kunnen helpen met het ontsluiten van het prachtige werk van de fotograaf Jan Henderik. Mooi dat zijn werk uit de vergetelheid is gehaald. Het meewerken aan zo’n project is ontzettend leuk.’ 

 image

Op de foto: Tim van der Post

Digitaliseren in de fotostudio
Tim van der Post van de fotostudio van team Beeld & Geluid (PCR) bij het stadsarchief heeft de geselecteerde beelden gedigitaliseerd voor het boek, zodat ze in een heel hoge resolutie geleverd konden worden aan Uitgeverij Hannibal. Het fotoboek is de eerste in een serie van vijf die Droom & Daad gaat uitgeven over Rotterdamse fotografen.

Tim: ‘Wat ik vooral leuk vind aan deze collectie is dat het een beetje afwijkt van wat ik normaal gesproken langs zie komen. Het merendeel van de fotocollecties van het stadsarchief zijn straatbeelden en persfotografie. De reclamefoto’s van Jan Henderik zijn in dat opzicht een leuke afwisseling. De uitdaging zat hem er vooral in dat het materiaal bestond uit dia’s, zwart-wit negatieven, kleurnegatieven, doka afdrukken, posters en tijdschriften. Al deze vormen vragen om ‘steeds een andere werkwijze voor het digitaliseren.’ 

Het begin is er
Hiermee is een start gemaakt met het selecteren en ontsluiten van beelden uit het archief van Jan Henderik. Het verwerken van een omvangrijk (beeld)archief met alle eerder genoemde stappen kost enorm veel tijd. Vele uren en meerdere handelingen zijn nodig voor het screenen, inventariseren, selecteren, digitaliseren en beschrijven. En dit is nog maar het begin van de ontsluiting van dit fotoarchief.
In de beeldbank op de website van het stadsarchief zijn alvast foto’s te zien van bewoners in Spangen, Crooswijk en op Zuid, die Jan Henderik in 1974 maakte in opdracht van de Gemeentelijke Woningstichting. Daarmee wilde de corporatie de grootscheepse renovatie van huurwoningen in Rotterdam aankondigen, de Stadsvernieuwing. De serie geeft een geweldige inkijk in de kleine huurwoningen in de jaren 70, waaronder die van het Justus van Effencomplex.

Vervolg: geschikte bewaarplaats? 
Er zal hierna een definitieve selectie gemaakt worden van alle foto’s. Ook zal het stadsarchief goed bekijken wat de mogelijkheden zijn voor het fotomateriaal dat niet-Rotterdams is. Wanda: ‘Het project heeft tot veel moois geleid. Het is deels opgenomen in onze collectie, er is een expositie, een boek. Binnen het stadsarchief heeft het ook geleid tot een belangrijk vraagstuk: wat is de meest geschikte bewaarplaats van archieven van Rotterdamse fotografen?’ 

Stadsarchivaris Jantje Steenhuis vindt het in ieder geval belangrijk dat zijn werk veilig bewaard blijft en ter inzage komt voor iedereen die er kennis van wil nemen. ‘Ook al bestaat de fotocollectie van Jan Henderik voor een deel uit niet-Rotterdamse beelden, Rotterdam is een wereldstad en dus houden de grenzen van het stadsarchief niet op bij de gemeentegrenzen van de stad Rotterdam. Dat neemt niet weg dat het goed is om met andere instellingen het gesprek aan te gaan over de meest geschikte bewaarplaats.’ 

Opgelucht en dankbaar
Marleen Deiters-Hendriks is opgelucht en dankbaar dat het werk van haar vader niet verloren gaat. ‘Daarvoor heeft het te veel betekenis’, zegt ze. ‘Op allerlei manieren en zeker ook voor Rotterdam.’ 

* Op de headerfoto: een van de gezinnen van het Justus van Effenblok die Jan Henderik fotografeerde.